Het slachten van een geit
Zo’n tweehonderd geiten en schapen bezit de familie, genoeg om volledig zelfvoorzienend te zijn. Elke dag molken we de geiten. Daarna werd de melk gekookt en deels gebruikt voor de thee. Van de rest wordt yoghurt gemaakt, waarvan later weer een deel wordt verwerkt tot aaruul, gedroogde yoghurt. Water wordt er niet gedronken, slechts melk, thee en soep. Het eten bestaat uit vlees, vlees en vlees. Soms met noedels of rijst, soms gewoon alleen vlees in een grote schaal met een mes erbij. Twee keer hebben we een geit geslacht. Ik zal proberen te beschrijven hoe dat hier in z’n werk gaat. Foto’s heb ik niet gemaakt, ik wilde zo veel mogelijk meedoen met het Mongoolse leven en naar mijn mening creëert het maken van foto’s een kloof tussen de toerist en de werkelijke ervaring.
Narkaa kan tot ergernis van Mendee niet zelf slachten. Er moest iemand van de buren komen om de klus te klaren. Met z’n vieren kozen we een geit, dreven hem in het nauw en grepen hem vast. Naast de ger legden we hem ondersteboven neer, ik hield de wild spartelende achterpoten vast, Narkaa de voorpoten. De slachter pakte zijn mes en maakte een diepe snee in de buik van de geit, net onder de ribbenkast. Hij gleed zijn hand naar binnen in de krijsende geit, vond de slagader en kneep die kapot. Niet meer dan 20 seconden later was de geit van binnen doodgebloed. Het was meesterlijk gedaan, ik was diep onder de indruk. We sleepten het loodzware beest naar binnen en daar, op de vloer van de ger, begonnen we met schoonmaken. Met wilde halen scheidde hij de vacht van het vlees. Geen druppel bloed werd verspild. Daarna volgden de ingewanden, die we samen in een grote emmer tilden. Die ging direct naar Mendee om verwerkt te worden tot ons avondmaal. Vervolgens werd de keel geleegd, de slokdarm verwijderd, het hoofd afgehakt. Mijn handen rood van het bloed maar de vloer vlekkeloos. Uiteindelijk pakte hij een kom en schepte het bloed uit het lege karkas in een emmer, die weer naar Mendee ging. Zo, in niet meer dan een uur, was de geit geslacht en volledig opgedeeld in kleine stukken. Het beest verdween voor mijn ogen, terwijl op de achtergrond een Amerikaanse oorlogsserie op tv voor wilde geluidseffecten zorgde. Het was een surrealistische ervaring en mijn respect voor de Mongoolse manier van slachten is groot.
Die avond aten we uit een grote schaal de ingewanden. Ik had de eer om het vlees te snijden en uit te delen. Hier een stuk hart, daar wat darmen en voor hem de lever en slokdarm. Alles van de geit werd gebruikt. Zelfs de maaginhoud, die smeerden we elke dag op de uiers van de geiten zodat de jonge geiten niet van de melk dronken. De maag zelf maakten we later schoon en werd opgeblazen om er yoghurt in te drogen. Alleen de kop werd apart gelegd en ik vermoedde dat dat het enige deel was wat niet werd gegeten. Dat had ik goed mis. Een paar dagen later stond het geitenhoofd op het menu. Nadat Narkaa met een brander het haar had weggeschroeid en de horens had afgezaagd werd de kop in z’n geheel gekookt in een grote pan. Daarna kreeg ik een mes en kon ik het vlees van de schedel afsnijden. Met veel moeite kreeg ik het taaie oor weg en daarna een stuk wang. De volgende morgen was er nog vlees over, Narkaa sneed met een groot mes de oogkassen uit. Het vlees was inmiddels koud en zoals dat gewoonlijk was warmden we het op door het in warme melkthee te gooien. Zo gebeurde het dus dat ik een ontbijt had van melkthee met geitenogen.
Het klinkt allemaal heel vreemd en smerig, maar om eerlijk te zijn heb ik altijd genoten van het eten. Beter vlees dan dit bestaat niet. De hele dag loopt de kudde rond, wordt goed verzorgd. De manier van slachten is de meest diervriendelijke die ik heb gezien. Het hele dieet is hier opgebouwd uit vlees, drie keer per dag. En het went, op een gegeven moment was ik in staat te genieten van de grote half gekookte brokken wit vet of de taaie stukken gedroogd vlees. Ik zal weer moeten wennen aan Nederland waar het vlees een onbekende oorsprong heeft en peperduur is.